naar §1.2                                       naar §1.3

Hoofdstuk 1: Anatomie van het brein


 

§1.1 De onderdelen van het brein

Ik ga zoveel onderdelen van de hersenen benoemen met de daarbij behorende functie. Dit om goed te begrijpen hoe de hersenen in elkaar zit.

 

Achterhoofdskwab:
De achterhoofdskwabben zijn de delen van de hersenen die verantwoordelijk zijn voor het verwerken van visuele informatie bij zoogdieren. Ze liggen het verst naar achteren in de hersenen en zijn van alle hersenkwabben het kleinst.

 

Fornix:
De fornix is een gebogen bundel zenuwuitlopers die de verbinding vormt tussen het corpus mammillare en de hippocampus. Signalen die afkomstig zijn van de hippocampus word via de fornix naar de corpus mammillare verstuurd.

 

Hersenstam:
De hersenstam bestaat grotendeels uit de onderste helft van het brein en ligt aan de bovenzijde van het ruggenmerg. Onder de hersenstam verstaan we de verlengde merg, de pons en de middenhersenen. Af en toe worden de thalamus en de hypothalamus ook tot de hersenstam gerekend. De hersenstam vormt een verbinding tussen de grote hersenen, de kleine hersenen en het ruggenmerg. Er ontspringen in dit gebied ook hersenzenuwen die onder andere verantwoordelijk zijn voor de zintuiglijke waarnemingen van het horen, smaak en het gezicht en het hoofd. Een belangrijke structuur in de hersenstam is de reticulaire formatie. Dit is verantwoordelijk voor de alertheid. De hersenstam heeft onder andere de volgende taken: het maken van reflexmatige en willekeurige oogbewegingen, het reguleren van de slaapwaakcyclus, het controleren van de pupilgrootte, het voelen van bewegingen, kauwen en slikken, ademhalen en het sturen van de bloedsomloop. Echter heeft het nog veel meer taken.

 

Hypofyse:
Ook hersenaanhangsel genoemd. Een aanhangsel van de hypothalamus van een halve gram, dat vanwege zijn enorm belangrijke rol in het menselijk lichaam ook wel de meesterklier wordt genoemd. De hypofyse is opgebouwd uit drie kwabben. De hypofyse regelt de uitscheiding van de  hormoonproducerende klieren in het lichaam. Zij staat op haar beurt weer onder invloed van de hypothalamus. De hypofyse vormt de schakel tussen het centrale zenuwstelsel en het hormoonstelsel. De activiteit van de hypofyse wordt afgeremd door negatieve feedback. Als een klier een hoeveelheid hormoon heeft afgescheiden, stijgt de concentratie in het bloed en dit is voor de hypofyse een teken om de betreffende klier minder te gaan stimuleren waardoor de klier minder hormoon produceert.

 

Frontaalkwab:
De frontaalkwab ook wel voorhoofdskwab genoemd. Van de vier hersenkwabben is dit de grootste en neemt een derde deel van de hersenschors in beslag. De frontaalkwab wordt gezien als het meest geavanceerde deel dat verantwoordelijk is voor het menselijke zelfbewustzijn.

 

Gebied van Broca:
Het gebied van Broca ook wel het centrum van Broca genoemd is een deel van de hersenen dat is vernoemd naar de ontdekker ervan genaamd: Paul Pierre Broca. Het gebied van Broca bevindt zich in de linker frontale kwab. Een beschadiging in het gebied van Broca kan leiden tot motorische afasie(dat je moeilijker je woorden tot uitdrukking kan brengen). Het is dus belangrijk voor het spreken.

 

Hypothalamus:
De hypothalamus is een uiterst belangrijk regelcentrum voor het constant houden van het ‘milieu interieur’. Het integreert alle autonome (onbewuste) en hormonale processen in het lichaam zoals: de regeling van de lichaamstemperatuur en de groei en voortplanting. De hypothalamus geeft informatie af via zenuwverbindingen in de hersenstam. De hypothalamus is ook betrokken bij het gedrag bij de volgende drie kerngedragingen: vlucht, voedings, voortplantingsgedrag.

 

Hersenvliezen:
De hersenvliezen zijn de vliezen die de hersenen en het ruggenmerg omgeven. Ze bestaan uit 3 lagen: het harde hersenvlies, het spinnenhersenvlies en het zachte hersenvlies. Het harde hersenvlies beschermt de hersenen en ruggenmerg en de vaten die deze organen van bloed voorzien voornamelijk. Het spinnenwebvlies bevat de vaten die de hersenen van bloed voorzien. Het zachte hersenvlies is ook betrokken bij de bloedvoorziening van de hersenen.

 

Hersenvocht:
Het grootste gedeelte van de schedelinhoud wordt in beslag genomen door de hersenen. Om de zachte hersenen te beschermen tegen de schedel drijven de hersenen in hersenvocht. Het hersenvocht is ook belangrijk voor de afvoer van stoffen. Hersenvocht is een kleurloze vloeistof in de hersenkamers en tussen de hersenvliezen. Het hersenvocht wordt door gespecialiseerde cellen in de ventrikels gevormd en wordt door het bloed afgevoerd. Het hersenvocht beschermt de hersenen tegen schokken. Er is een voortdurende productie en afvoer van hersenvocht. Normaal gesproken is er een evenwicht tussen de productie en afvoer, echter kan het evenwicht ook verstoord raken waardoor er drukverschillen ontstaan.

 

Hersenbalk:
De hersenbalk vormt de hoofdverbinding tussen de linker en rechterhersenhelft. Het zorgt ervoor dat er aan allebei de hemisferen informatie ter beschikking komt. De hersenbalk heeft ongeveer 200 miljoen zenuwuitlopers. De hersenbalk heeft het uiterlijk van een in de breedte uitgerekte hoefijzer. Grof gezegd kan je zeggen dat de voorste delen van de hersenbalk, de voorste hersendelen met elkaar verbinden en de achterste de achterste.

 

Hippocampus:
De hippocampus is betrokken bij het opslaan van nieuwe herinneringen die betrekking hebben op feiten of gebeurtenissen. Het vermoeden bestaat dat de hippocampus ook betrokken is bij het ophalen van herinneringen die nog vers in het geheugen liggen. Uit een dieronderzoek met ratten is gebleken dat de hippocampus een rol speelt bij het ruimtelijk navigeren en oriënteren.

 

Pariëtaal kwab:
De pariëtale kwabben ook wel wandbeenkwabben genoemd maken deel uit van de grote hersenen en bevinden zich boven de temporale kwabben en achter de frontale kwabben. De pariëtale kwabben spelen een rol bij het verwerken van de zintuiglijke informatie en bij het ruimtelijk denken.

 

Kleine hersenen(cerebellum):
Ongeveer eenachtste deel van de hersenmassa worden door de kleine hersenen omvat. Tevens bezitten de kleine hersenen meer dan de helft van alle zenuwcellen en zijn sterk geplooid. De kleine hersenen zijn betrokken bij de voortbeweging en bij het bewaren van het evenwicht. De functie van de kleine hersenen is indirect. Het zorgt ervoor dat het doel van bewegingen bereikt wordt en zorgt voor eventuele aanpassingen van bewegingen indien nodig. Indien de kleine hersenen van een persoon beschadigd is dan lijkt het net of de persoon dronken is en lijkt hij heel onhandig. De kleine hersenen doen echter meer dan alleen bewegingen controleren. Het is ook van toepassing bij een vorm van leren buiten het bewustzijn om. Zoals door te oefenen weet je hoe moet tennissen terwijl je het eigenlijk niet gemakkelijk kunt uitleggen hoe het moet. Tevens spelen de kleine hersenen een rol bij taal en het werkgeheugen van de hersenen zoals telefoonnummers onthouden.

 

Thalamus:
De thalamus is een zeer belangrijke regelkamer in het centrum van de hersenen. Hier komen allerlei binnenkomende signalen terecht en worden ze doorgestuurd naar de cortex. Er is hier sprake van een tweerichtingsverkeer omdat de cortex na verwerking van de signalen weer informatie naar de thalamus terugstuurt. De thalamus is de plek waar alle sensorische informatie van de zintuigen verzamelen, behalve de geur omdat die via het geurengebied in de cortex gaat. Het filtert de binnenkomende signalen en sorteert wat belangrijk is en stuurt een gedetailleerde analyse naar de juiste gebieden in de cortex. De thalamus kan ook storende prikkels onderdrukken zoals als je aan het lezen bent het geluid onderdrukken. Ook verzamelen de motorische signalen in de thalamus. Dit werkt hetzelfde als met de sensorische signalen. De thalamus bestaat uit 2 eivormige opeenhoping van neuronen , waarvan een in elke hersenhelft. Net als de hersenschors bestaat de thalamus uit grijze en witte stof, alleen dan omgekeerd. De binnenkant bestaat uit grijze stof en de buitenkant uit witte stof.

 

Pons:
De pons is 2,5 cm lang. De pons is een verbinding tussen de grote en de kleine hersenen en maakt deel uit van het autonoom zenuwstelsel. Het ligt tussen de tussenhersenen en het verlengde merg en zit vast aan en is onderdeel van de hersenstam. De pons zorgt ervoor dat prikkels van het evenwicht- en gehoororgaan worden doorgegeven aan de kleine hersenen.

 

Ventrikels:
Ook hersenkamers genoemd. Vier met hersenvocht gevulde holten in de hersenen.

Men onderscheidt twee laterale of zijventrikels, die in de grote hersenen liggen; het derde ventrikel ligt in de tussenhersenen en het vierde ventrikel in de hersenstam. De ventrikels zijn onderling verbonden en staan in open verbinding met de subarachnoïdale ruimte (dit is de ruimte tussen het binnenste en middelste hersenvlies). Het vocht dat door de ventrikels stroomt, ‘wast’ en ondersteunt de hersenen en helpt bij het handhaven van de juiste temperatuur.

 

Verlengende merg:
Het overgangsgebied van het ruggenmerg naar de hersenen. Het verlengde merg is niet groter dan het laatste kootje van de pink, maar is van vitaal belang. Het bevat bijvoorbeeld kernen die betrokken zijn bij het regelen van de ademhaling, hartslag, slikken, de omvang van kleine bloedvaten en daarmee indirect de bloeddruk, waken, slapen, hoesten en braken en andere belangrijke functies. Tevens bevat het verlengde merg de piramidekruising, waar zenuwbanen oversteken zodat de linker hersenhelft de rechterkant van het lichaam bedient. Het is een belangrijke schakelcentrale tussen ruggenmerg en overige hersendelen.

 

Schedel:
Ook cranium genoemd. Het skelet van het hoofd. Het is een harde beschermlaag voor de hersenen die zacht is. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de hersenschedel en de aangezichtsschedel.

 

Middenhersenen:
Het bovenste deel van de hersenstam. De middenhersenen zijn betrokken bij de regulatie van zintuiglijke en motorische functies en spelen bv: een rol bij de maken van oogbewegingen. Hier worden ook visuele reflexen gecoördineerd. Tevens zorgen de middenhersenen voor je verdedigingsreactie. Beschadigingen van de middenhersenen kunnen de verdedigingsreactie dus verzwakken.

 

Grote hersenen:
De grote hersenen vormen het grootste deel van de hersenen. De grote hersenen zijn de basis van de intelligentie en het denkvermogen. De hersenen zijn eivormig vanaf de zijkant gezien. Wanneer we de grote hersenen van bovenaf bekijken zien we meteen dat deze door een diepe lengtespleet in tweeën gedeeld worden. Dit zijn de beide halfronden (hemisferen). De hemisferen worden tijdens de embryonale ontwikkeling gevormd, en ontstaan uit een linker en een rechter zijwaartse uitstulping van het voorste hersenblaasje. De halfronden samen vormen de eindhersenen. Tussen beide halfronden bevinden zich de tussenhersenen. Naar achteren volgen de middenhersenen. Dus de eindhersenen, tussenhersenen en middenhersenen vormen samen de grote hersenen.

 
Make a Free Website with Yola.